Eenmaal klaar voor het inrijden heb ik mij verbaasd hoe vol vertrouwen ze was, maar vooral hóe verantwoordelijk dit jonge paard is. Elke keer als ik begon met leunen of wanneer ik zachtjes in het zadel ging zitten, stond ze als aan de grond genageld. Energie laag, focus aan en ooo zo voorzichtig! Ze was zich uitermate bewust van het feit dat ik op haar zat en dat elke beweging en elk gedrag dat ze liet zien dus ook gevolgen had voor mij en voor mijn veiligheid. Het is zelden dat een jong paard zo goed weet wát te doen met deze verantwoordelijkheid. Meestal voelen ze deze wel maar hebben ze geen idee hoe ze hiermee om moeten gaan. In het vroege stadium van zadelmak maken ontstaan daardoor veel ongelukken die worden veroorzaakt door paniek en onzekerheid.
Wanneer ik met paarden werk, dan speel ik zoveel mogelijk in op de dingen die zich op ieder uniek moment aandienen. Ik weet in grote lijnen waar ik heen wil en hoe daar te komen, maar in welke volgorde, snelheid, hoeveelheid, intensiteit, enzovoort besluit ik per moment. Dit is iets dat ik heb moeten leren met vallen en opstaan, én waar ik nog soms fouten in maak omdat je hoofd, en mijn hoofd in het bijzonder, zo graag wil verklaren wat ik doe en waarom ik het doe. Helaas gaat dit met paarden niet en in het geval van Guus heb ik heel vaak gedacht: ga ik niet te langzaam? Duurt het niet te lang? Zit ik wel goed? Maar nu ik achteraf deze blog schrijf en in vogelvlucht terug kan kijken op het proces, begrijp ik precies wáárom wij zo lang aan die basis hebben gewerkt.
De basis op de grond was voor Guus nodig om te durven vertrouwen en om te leren hoe wij communiceren én wat er van haar werd verwacht. Het leerde haar veel over oorzaak en gevolg, gaf haar inzicht in wat haar gedrag en handelingen teweeg konden brengen. Het leerde haar precies te dansen op de lijn: dit kan wel samen met mensen en dit niet meer want dat wordt te groot. Ze leerde vrijuit te communiceren zonder zich daarbij in te houden en zichzelf klein te houden waarbij haar handelingen zó gedoseerd waren dat er geen mensen bij in gevaar kwamen. Eenmaal helemaal open voor het werk kun je goed merken dat dit ras gefokt is om te werken, maar ook om pienter te zijn! Deze werkpaarden konden het zichzelf niet permitteren om onnodig energie te verspillen aan drama gedrag of om zichzelf te bezeren door onhandige acties. Het werk stond immers de volgende dag gewoon weer te wachten…
En zo zie je maar hoe uiterlijk kan bedriegen, want iedereen die in de stal kwam zei: ‘Ga je dáár mee rijden?!?!’ ‘Ja! Daar ga ik mee rijden, en dat gaat nog eens fantastisch goed ook!’
Grote, Geweldige, Gigantische Guus! Licht als een veertje, precies als een waterpas en verantwoordelijk als een HUIS! Wát een feestje om met jou te mogen werken!